Stefaan Van Gool is een vooraanstaand Belgisch kankeronderzoeker en pediatrisch oncoloog, vooral bekend om zijn baanbrekende werk op het gebied van immunotherapie en kinderkanker. Geboren op 24 oktober 1963 in Brugge, begon hij zijn academische reis aan de Katholieke Universiteit Leuven in 1981. Hier behaalde hij zijn doctoraat in 1994, waarbij zijn proefschrift zich richtte op de interactie tussen cytotoxische T-cellen en anergie. Van Gool: “Dat onderzoek draaide eigenlijk om de vraag hoe je ervoor kunt zorgen dat de activiteit van bepaalde cellen geblokkeerd kan worden.”
Stefaan Van Gool
De rode draad in Van Gool's wetenschappelijke carrière is zijn focus op translationeel onderzoek. Hierbij slaat hij een brug tussen fundamenteel onderzoek en klinische toepassingen. Zijn werk heeft aanzienlijk bijgedragen aan de behandeling van hersentumoren, met name door zijn pioniersrol in de ontwikkeling van dendritische celvaccinaties voor zowel kinderen als volwassenen met glioblastoma multiforme, een van de meest agressieve vormen van kanker.
De eerste keer dat hij in Europa deze revolutionaire therapie toepaste op een patiënt was in 2001. Deze behandeling vormde een (voorlopig) hoogtepunt van jarenlang experimenteren en onderzoek, dat het mogelijk maakte tumorcellen van patiënten te gebruiken om het immuunsysteem te activeren en de tumor te bestrijden.
Stefaan Van Gool ontvangt veel erkenning van vakgenoten. Hij ontving onder meer de prestigieuze Schweisguth Prize for Young Scientists van de International Society for Paediatric Oncology in 1995 en de Grand Prize (van dezelfde organisatie) in 1996. Deze onderscheidingen onderstrepen zijn bijdrage aan zowel de wetenschap als de klinische praktijk.
Van 2000 tot 2007 was hij onderdeel van het Competentienetwerk Kinderoncologie van het Duitse Federale Ministerie van Onderwijs en Onderzoek, wat zijn internationale invloed in de kinderoncologie versterkte. Zijn betrokkenheid bij internationale samenwerkingsverbanden heeft zijn onderzoek naar nieuwe behandelingen voor kanker verder verrijkt.
Dat veel van zijn financiering afkomstig is van goede doelen organisaties die zijn opgericht door patiënten toont aan dat zijn werk veel waardering oplevert. Van Gool: “Door klinisch werk leer je de mensen kennen. En ik was altijd een zeer informele dokter. Ik speelde met de kinderen en was nauw betrokken bij de ouders en hun emoties. Mede daardoor hebben meerdere families een fonds opgericht om mijn werk te ondersteunen.”
Zijn samenwerking met verschillende goede doelen, zoals het LCH-fonds, James E. Kearney Foundation en het Olivia Fund, heeft niet alleen zijn onderzoek financieel ondersteund, maar ook het bewustzijn en de kennis over zeldzame ziekten vergroot. Zijn vermogen om zowel klinische als wetenschappelijke rollen te vervullen, maakt hem tot een unieke kracht in de medische wereld, waarbij hij constant streeft naar innovatieve oplossingen voor de behandeling van kanker.
Sinds 2018 is Stefaan Van Gool directeur van de praktijk voor Immuno-Oncologie en Translationele Geneeskunde bij het Immuno-Oncologisch Centrum in Keulen (IOZK). Hier speelt hij een cruciale rol in de productie en toepassing van dendritische celvaccins, in combinatie met oncolytische virussen, die in 2015 zijn goedgekeurd als geneesmiddel voor mensen. Zijn werk in Keulen richt zich op de integratie van geïndividualiseerde multimodale immunotherapieën als onderdeel van gefaseerde behandelstrategieën tegen kanker, in het bijzonder glioblastoma multiforme. Van Gool is trots op zijn nalatenschap. “Ik kan bij wijze van spreken morgen stoppen, want ik heb mijn erfenis gelegd. Het concept bestaat. Immuno-Oncologie werkt bij glioblastoma multiforme. We hebben de overlevingskansen van patiënten verdubbeld. Maar ik zie nog vele mogelijkheden voor verdere verbeteringen.”