Kredietbeoordelingen zijn vaak vertekend. Kredietbeoordelaars kennen niet alleen overdreven hoge credit ratings toe aan bedrijven, zoals algemeen wordt beweerd, maar geven juist soms ook lagere beoordelingen uit van de kredietwaardigheid. Dat doen ze waarschijnlijk als ‘straf’ voor bedrijven die geen ratings van hen kopen.
Drs. K. Shahzad |
Shahzad onderzocht de eerlijkheid van credit ratings door kredietbeoordelaars (Credit Rating Agencies, CRA’s). Hij concludeert dat in slechts 50% van de gevallen kredietbeoordelingen overeen komen met de verwachting van beleggers. CRA’s kennen niet alleen overdreven hoge ratings toe, zoals algemeen wordt beweerd, maar geven soms ook lagere ratings uit. Dat doen ze waarschijnlijk als 'straf' voor bedrijven die geen ratings van hen kopen.
Volgens Shahzad zijn beleggers echter slim genoeg om een vertekening in toegekende credit ratings te onderkennen en het verkregen obligatierendement hieraan aan te passen. Sterker nog, beleggers blijken een hoger rendement te ontvangen op obligaties die een hogere dan verwachte rating krijgen in vergelijking met de basisobligaties waarvoor ratings van de CRA’s gelijk zijn aan de verwachte ratings. Het omgekeerde geldt ook.
Shahzad toont in zijn onderzoek verder aan dat de reactie van beleggers kredietbeoordelaars dwingt om hun ratings eerder te wijzigen. Dat is vooral het geval wanneer de oorspronkelijke ratings naar boven of naar onderen vertekenend zijn. De promovendus stelt verder dat de toepassing van de boekhoudregel IFRS (International Financial Reporting Standards) in de Europese Unie de gemiddelde ratings verbetert. Daarnaast vermindert het aantal en de kans op meningsverschillen over ratings tussen CRA’s.
Shahzad’s promotieonderzoek is uitgevoerd binnen het Erasmus Doctoral Programme van Business & Management, georganiseerd door het Erasmus Research Institute of Management (ERIM), het gezamenlijk onderzoeksinstituut van de Rotterdam School of Management, Erasmus Universiteit (RSM) en de Erasmus School of Economics (ESE) aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Bron: EUR